Herziening aanbestedingsrichtlijnen
Herziening Europese aanbestedingsrichtlijnen
De Europese Commissie evalueert momenteel de Europese aanbestedingsrichtlijnen (2014/23/EU, 2014/24/EU en 2014/25/EU). In Nederland zijn deze omgezet in de Aanbestedingswet. Van medio december 2024 tot begin maart 2025 kon iedereen input geven over mogelijke aanpassingen.
Er zijn 733 geldige reacties binnengekomen. Veelgenoemde voorstellen zijn onder meer:
- Verduidelijk dat er geen aanbiedingsplicht geldt bij o.a. de enkele overdracht van bevoegdheden tussen overheden en bij ‘open house’ gunningen (in lijn met rechtspraak HvJEU 18 juni 2020, C-328/19 (Porin Kaupunki) en HvJEU 1 maart 2018, C-9/17 (Tirkkonen)
- Verduidelijk de regels voor quasi-inbesteding, zoals de 80%-voorwaarde (dat de gecontroleerde rechtspersoon ten minste 80 % van zijn activiteiten voor de controlerende aanbestedende dienst moet verrichten, art. 12 lid 1 en 3 richtlijn 2014/24/EU)
- Verduidelijk de regels voor publiek-publieke samenwerking, zoals de 20%-regel (dat de deelnemende aanbestedende diensten op de open markt niet meer dan 20 % van de onder de samenwerking vallende activiteiten voor hun rekening mogen nemen, art. 12 lid 4 richtlijn 2014/24/EU)
- Verduidelijk de regels over toelating van ondernemers van buiten de EU en codificeer de rechtspraak hierover (o.a. HvJEU 22 oktober 2024, C-652/22, (Kolin Inşaat))
- Verhoog de drempelbedragen waarboven een Europese aanbesteding verplicht is. Verduidelijk de regels voor opdrachten onder deze drempels met een ‘grensoverschrijdend belang’ (d.w.z. opdrachten die interessant zijn voor ondernemers uit andere EU-lidstaten)
- Vereenvoudig aanbestedingsprocedures. Laat aanbesteders meer ruimte om de procedure flexibel in te richten. Verruim de mogelijkheden om onderhandelingsprocedures toe te passen, waaronder in spoedeisende gevallen. Verkort de minimumtermijnen voor indiening van inschrijvingen.
- Versoepel de regels voor raamovereenkomsten, zoals verlenging van de maximale termijn waarvoor de overeenkomst mag worden aangegaan.
- Versimpel regels over uitsluitingsgronden. Verminder het aantal in te dienen bewijsstukken. In plaats van het ESPD (in Nederland: de UEA) wordt voorgesteld om een centraal systeem in te richten waarin wordt bijgehouden of uitsluitingsronden toepasselijk zijn.
- Er gaan stemmen om in bepaalde sectoren ‘Buy Europe’ te stimuleren, d.w.z. de aankoop van producten en diensten met een Europese herkomst. Ook meer mogelijkheden om eisen te stellen ivm duurzaamheid, sociale doelen en innovatie is een veelgehoorde reactie.
- Scherp de regels aan over abnormaal lage inschrijvingen en codificeer de rechtspraak op dit punt (o.a. HvJEU 15 september 2022, C-669/20 (Veridos).
- Verruim de mogelijkheden voor herstel van fouten in inschrijvingen en codificeer de rechtspraak hierover (oa. HvJEU 5 april 2017, C-298/15 (Borta/Klaipedos), HvJEU, 10 oktober 2013, C-336/12 (Manova), HvJEU 29 maart 2012, C‑599/10 (SAG ELV Slovensko).
- Last but not least: verduidelijk en verruim de regels over het wijzigen van opdrachten na gunning (art. 72 richtlijn 2014/24/EU). Het zou makkelijker moeten worden om een opdracht tijdens de looptijd te wijzigen.
De verwachting is dat de Commissie in de loop van 2026 voorstellen voor nieuwe richtlijnen zal publiceren. Dan zal ook duidelijk worden welke aanpassingen in de Aanbestedingswet nodig zijn.
Alle reacties en het ‘factual summary report’ zijn beschikbaar op de website van de Europese Commissie: Richtlijnen inzake overheidsopdrachten – evaluatie